#BCA candidats

Labogebouw Campus Groenenborger (UA)

Ce projet a été nominé pour un Belgian Construction Award - N'hésitez pas à faire découvrir votre projet en le partageant sur vos réseaux !

Met het nieuwe labogebouw op Campus Groenenborger heeft de Universiteit Antwerpen een mijlpaal bereikt in duurzame campusontwikkeling. Arcadis en DBV Architecten realiseerden een ultramodern laboratoriumcomplex van 6.100 m², waar veiligheid, innovatie en duurzaamheid hand in hand gaan. Het gebouw biedt state-of-the-art chemielabo’s en vormt het kloppende hart van een groener, toegankelijker campusgebied. Dankzij slimme regenwaterinfiltratie, een energiezuinig verwarmings- en koelsysteem, en een ruime fietsenstalling onder het gebouw, draagt het labogebouw bij aan een gezonde leefomgeving voor studenten en onderzoekers. Het flexibele ontwerp en de centrale ontmoetingsplek bevorderen samenwerking, terwijl de geavanceerde technieken en strenge veiligheidsmaatregelen zorgen voor optimale onderzoeksomstandigheden. Het project zet een nieuwe standaard voor duurzaam, gebruikersgericht bouwen in het hoger onderwijs.

Criterium 1: Integratie van BIM in het gehele project (4 punten)

Bij het ontwerp en de realisatie van het nieuwe laboratoriumgebouw werd Building Information Modeling (BIM) structureel toegepast, vanaf ontwerp tot uitvoering. Dankzij deze integratie konden Arcadis en haar partners alle ontwerpdisciplines – architectuur, structuur en MEP, (inclusief speciale gassen) – continu coördineren en potentiële conflicten vroegtijdig opsporen en oplossen. In dit labogebouw werden uitzonderlijk veel geavanceerde technieken toegepast aan een zeer hoge densiteit, waardoor een doorgedreven en correcte coördinatie van nog groter belang was.

De BIM-methodiek werd onder meer concreet ingezet om het structuurmodel nauwkeurig af te stemmen op de posities van de technische installaties (bvb. openingen voor leidingen en kanalen). In het MEP-model werd ook de onderlinge plaatsing van verschillende elementen zorgvuldig opgevolgd, zoals rookdetectors, kanalen en verlichtingsarmaturen. Zo kon de inrichting van technische ruimtes al in de ontwerpfase tot in detail bestudeerd worden en werden knelpunten tijdens de uitvoering tot een minimum beperkt.
Via het MEP-model werden projectgegevens direct gebruikt voor technische berekeningen, zoals het dimensioneren van waterleidingen, luchtkanalen en installaties voor verwarming en koeling. Dit maakte snelle en accurate ontwerpbeslissingen mogelijk.

(Zie PDF in bijlage, pagina 1 – 2 – 3 met info over leidingen, spaces, kanalen etc.)

Ook de wapening in de structuur werd volledig in 3D uitgewerkt zodat knelpunten direct inzichtelijk waren, een groot voordeel ten opzichte van traditionele 2D-tekeningen.
a/ Dimensionering van kanalen
Tijdens de uitvoeringsfase maakte de aannemer gebruik van het BIM-model voor het verwerken van de juiste debieten en het controleren van bijvoorbeeld luchtsnelheden via kleurenplannen.

b/ Hoogtecontrole van toestellen en aansluitingen
Samen met de klant werden alle relevante hoogtes van apparatuur en bedieningen eenvoudig bekeken door op alle relevante locaties snedes te maken waarop deze informatie makkelijker te bekijken en te controleren was. Indien enkel 2D plannen beschikbaar zouden zijn, kunnen dergelijke controles in de praktijk niet gebeuren. Zo werd bijvoorbeeld gegarandeerd dat afsluit- en inregelkranen goed bereikbaar waren, zonder dat er ladders nodig waren voor onderhoud. 

(Zie PDF in bijlage, pagina 4 – 5 – 6 over controle hoogte kraanwerk en aansluitingen ventilatie.)

Criterium 2: Samenwerking en betrokkenheid van belanghebbenden (4 punten)

1/ Samenwerking met DBV Architecten
Het architecturaal ontwerp werd via een export naar IFC-bestanden geïntegreerd in het BIM-ontwerpproces voor technieken en structuren. Hierdoor konden alle disciplines efficiënt samenwerken binnen één digitale omgeving. De visual op pagina 7 in het bijgevoegde PDF-document toont de leidingen in het MEP model met het architectuur model, wat doorzichtig is voorgesteld.

2/ Labo-uitrusting (Dr. Heinekamp)
Dr. Heinekamp leverde specialistische informatie voor de laboratoriumuitrusting, zoals luchtdebieten, aansluitdiameters, type aansluitingen (soorten gas), en aanbevolen materialen voor leidingen en kanalen. Door intensief overleg werd deze technische informatie volledig opgenomen in het BIM-model, waardoor het ontwerp van leidingen en kanalen naadloos aansloot op de inrichting van het laboratorium. (Zie visuals op pagina 8 – 9 in het bijgevoegde PDF-document)

3/ Digitale Samenwerking via BIM360
Toegankelijkheid en informatiedeling: voor de uitwisseling van modellen en projectinformatie gebruikten we BIM360, een browsergebaseerd platform. Dit stelde alle betrokken partijen, inclusief klanten en onderaannemers, in staat om eenvoudig 3D-modellen en relevante documenten te bekijken, zonder dat gespecialiseerde software vereist was.
Transparantie en actualiteit: zowel tijdens de ontwerpfase als tijdens de uitvoering had de klant altijd toegang tot de meest actuele informatie. Ook andere belanghebbenden konden, indien gewenst, toegang krijgen tot het platform, zodat transparantie en samenwerking gedurende het hele project gewaarborgd waren. (Zie visuals op pagina 10 – 11 in het bijgevoegde PDF-document)

Criterium 3: Innovatieve en herhaalbare aanpak (2 punten)

Dit project heeft als één van de eerste projecten binnen Arcadis gebruikt gemaak van een specifieke tool om de nodige openingen in structurele elementen efficient te invetariseren, te controleren en te genereren binnen de structurele modellen. Deze aanpak versnelde het proces aanzienlijk en zorgde voor een verbeterde kwaliteit van het ontwerp. Deze succeservaring heeft ertoe geleid dat deze tool inmiddels standaard in latere projecten werd ingezet.

Een tweede innovatieve werkwijze betrof het voorkomen van clashes tijdens het ontwerpproces. Een clash detection-tool gaf real-time inzicht in mogelijke conflicten bij iedere wijziging in het model. Hierdoor konden ontwerpers direct ingrijpen en fouten oplossen, wat veel tijd bespaarden in het verdere proces. Ook deze aanpak werd na dit project als best practice binnen Arcadis uitgerold.

Beide tools en werkmethodes vereisten dat de modellen altijd actueel en nauwkeurig waren. Dit vroeg om regelmatige updates en een intensieve samenwerking tussen alle betrokken partijen, zodat elke modeluitwisseling de juiste en actuele informatie bevatte die nodig was voor de betreffende projectfase.

#BCA25

BCA_log-horiz

Bouwkroniek/Batichronique, een product van EBP. // Burg. E. Demunterlaan, 3 Bus 6, 1090 Brussel // BTW BE 0451.979.022 // RPR Brussel

Nous contacter

Réseaux sociaux

Share This
Scroll to Top